Zo geef je feedback in de zorg
Wanneer gaf jij voor het laatst een compliment aan een zorgcollega? Het is zo makkelijk maar toch doen we het niet. Te druk met de zorg voor patiënten, bang voor de reactie van de ander. Terwijl iedereen blij wordt van een compliment. Vijf tips om je collega’s in de zorg een welgemeend compliment te geven.
Waarom doen we het niet?
We worden allemaal gelukkiger van complimenten, zowel de gever als de ontvanger. Hoe komt het dan dat we het toch niet doen? “Mensen voelen zich vaak niet veilig genoeg”, stelt Peter Krom, coach en adviseur bij IZZ. Hij krijgt regelmatig terug dat mensen bang zijn voor de negatieve reactie van de ander. Of het nu gaat om complimenten of kritiek. “Leidinggevenden spelen hierbij een belangrijke rol. Niet alleen door complimenten te geven maar ook door mensen zelf na te laten denken over oplossingen.”
Leidinggevenden spelen hierbij een belangrijke rol. Niet alleen door complimenten te geven maar ook door mensen zelf na te laten denken over oplossingen.
Zo geef je complimenten
Als je weet hoe je op een goede manier complimenten kunt geven, hoef je de volgende keer niet zo bang te zijn voor de reactie van de ander. We geven je 5 tips om complimenten te geven.
1. Maak het compliment concreet én persoonlijk
Je compliment moet allereerst natuurlijk echt op de ontvanger slaan. Hij of zij moet de boodschap begrijpen en waarderen. Benoem duidelijk wat je zo waardeert in hem of haar en welk effect dat op jou heeft.
2. Neem de tijd voor het compliment
Geef je compliment alsof het een cadeautje is. Dat geef je het liefst face-to-face en zorg voor oogcontact.
3. Let op je lichaamstaal en intonatie
Hoe je boodschap overkomt, wordt voor een belangrijk deel bepaald door je lichaamstaal en intonatie. Nog meer dan door de boodschap zelf. Het compliment, de boodschap dus, is minder sterk als je heel monotoon praat en met je armen over elkaar staat. Wees enthousiast met een open houding.
4. Spreek altijd vanuit de ik-vorm
Jij geeft het compliment dus formuleer het ook zo.
5. Houd het bij één compliment
Je wil de ander ook weer niet in verlegenheid brengen door een hele lofzang te beginnen. Houd het compliment klein maar gemeend. En combineer het ook niet met een verbeterpunt. “Dat heb je goed gedaan maar de volgende keer kun je beter …” Dat is geen compliment.
Ach, dat stelde niets voor …
Nu weet je hoe je complimenten moet geven, maar hoe zit het met krijgen? Het in ontvangst nemen van een compliment heeft vaak ook wat oefening nodig. Herken je dat? Dat je jezelf weer hoort zeggen: “Ach, dat stelde niets voor.” Niet meer doen! Het enige goede antwoord op een compliment is: dank je wel. Wees er trots op. Dat maakt het voor de gever ook veel leuker. Geef liever ook geen compliment terug. Dat komt echt minder gemeend over dan wanneer je uit jezelf een compliment geeft.
Zo geef je kritiek
En wat dan als je iemand juist wil aanspreken op zijn gedrag? Negatieve feedback is nog spannender dan positieve. Daarom besluiten we (te) vaak om het maar niet te doen. Zonde eigenlijk! Iedereen kan feedback geven waar de ander écht iets aan heeft. Peter spreekt liever van feedforward, waarbij je vooruitkijkt naar wat beter kan, en niet alleen maar terug kijkt op wat verkeerd ging. Hij heeft nog een laatste tip hiervoor: “Houd het hier ook bij jezelf, benoem welke effect het gedrag heeft op jezelf. Bijvoorbeeld: Doordat jij dit deed, kostte het mij extra werk. Of “Ik werd er verdrietig van.” Dan kom je met elkaar in gesprek en werk je aan een vertrouwensband.”
Oefenen met het geven van feedback
Wil je jezelf trainen in het geven en ontvangen van feedback? Volg dan de online training Feedback en conflicthantering van mirro. Gratis met je IZZ-lidmaatschap.